Les 3: doozo yoroshiku

Vanaf deze les sluit de syllabus aan op de lessen in je Marugoto handboek.

Deze les:

Overzicht

desu en ~masu (herhaling)

We herhalen ~desu en ~masu.

desu sluit de zin af (als de zin niet eindigt op een werkwoord).

De ontkenning is janai desu.

Een vraag stel je met desu ka.

💡Een nationaliteit is steeds het land + ‘jin’ (mens). Dus een Belg is een persoon van België, een berugii-jin. Een Fransman is een Furansu-jin. Een Nederlander is een Oranda-jin…

💡We vermijden pers. vnw. jij’: anata. De reden hiervoor hoor je in de les, of vind je op de elektronische leeromgeving.

Een werkwoord eindigt op ~masu. In de ontkenning eindigt het op ~masen.

💡In het handboek eindigen de opgaven vaak op ~mashoo. Deze vorm betekent 'laten we...'.


Vraagwoord: nani

nani
 

'nani' is het vraagwoord 'wat'.

Voor desu wordt het vraagwoord 'nan'.

Partikels: mo, ga

mo

Dit partikel betekent ‘ook’. Het partikel vervangt de plaats van andere partikels zoals wa en ga.

Een partikel staat na het woord waar die betrekking op heeft. Vergelijk:

ga

Komt voor dekimasu , na datgene dat je kunt.

Andere functies van dit partikel zien we in de toekomst.

dekimasu

Het werkwoord dekimasu betekent ‘kunnen’.

De ontkenning is dekimasen.

Bij de ontkenning kun je ‘wa’ gebruiken in plaats van ‘ga’, om een contrast aan te duiden.

💡In deze cursus leren we alleen uit te drukken dat we iets kunnen met de constructie: naamwoord ga dekimasu. Je kunt ‘dekimasu’ niet combineren met een ander werkwoord. Als je geïnteresseerd bent in andere opties dan deze constructie met dekimasu, zie dan op je elektronische leeromgeving: ‘geen leerstof, wel leuk om te weten’.

Werkwoorden vervoegen

Ontkenning

eindigt op ~masen

Toekomstige tijd

Deze is hetzelfde als de tegenwoordige tijd. We maken een onderscheid door tijdsaanduidende woorden toe te voegen.

Verleden tijd

De verleden tijd is ~mashita. De ontkenning van de verleden tijd is ~masen deshita.


Werkwoordsvervoeging van de grondvorm naar de ~masu-vorm

De werkwoordvervoeging, van de woordenboekvoem (grondvorm) naar de vervoegde vorm, is geen verplichte leerstof, maar wel aangeraden als je ook het tweede taaljaar Japans wil doen. De werkwoorden in de kolommen staan ter illustratie.

Zwakke werkwoorden

Deze hebben in de woordenboekvorm (grondvorm) een uitgang op -iru of -eru. Die i of e kunnen klanken zijn, de lettergrepen van het alfabet die eindigen op i of e (ke, ki, se, shi, te, chi, me, mi…)

De laatste ~ru wordt ~masu bij vervoeging.

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
taberu tabemasu eten
dekiru dekimasu kunnen
miru mimasu zien
oshieru oshiemasu aanleren

Sterke werkwoorden

Er zijn negen uitgangen bij de sterke werkwoorden.

Elk sterk werkwoord eindigt in de woordenboekvorm (de grondvorm) op een ~u-klank. Om het werkwoord te vervoegen, maak je van de ~u-klank een ~i-klank. Hiermee bedoelen we de i-klank van de hiragana-reeks.

De ~u wordt een ~i, de ~ru wordt een ~ri, de ~tsu wordt een ~chi… enzovoort.

~u wordt een ~i

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
iu iimasu zeggen
kau kaimasu kopen

~ru wordt een ~ri

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
ganbaru ganbarimasu je best doen
wakaru wakarimasu begrijpen, weten

⚠sommige sterke werkwoorden lijken zwak, maar zijn eigenlijk sterk

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
kaeru kaerimasu terugkeren naar huis
hairu hairimasu naar binnen gaan

Als het onderscheid tussen sterke en zwakke werkwoorden op ~ru verwarrend is, ga dan het volgende na:

Zwakke werkwoorden hebben altijd een い of え, of een i- of e-klank, voor de ~ru en voor de ~masu.

iru, taberu, miru, dekiru, neru

imasu, tabemasu mimasu, dekimasu, nemasu

Sterke werkwoorden hebben niet per sé een い of え, of een i- of e-klank, voor de ~ru.Ze hebben altijd een ri voor de ~masu.

soru, kaeru, noru

sorimasu, kaerimasu, norimasu


~tsu wordt ~chi

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
matsu machimasu wachten
tatsu tachimasu rechtstaan

~mu wordt ~mi

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
nomu nomimasu drinken
yomu yomimasu lezen

~nu wordt ~ni

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
shinu shinimasu sterven

~bu wordt ~bi

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
asobu asobimasu spelen, amuseren
erabu erabimasu kiezen

~su wordt ~shi

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
hanasu hanashimasu praten
kesu keshimasu wissen

~ku wordt ~ki

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
kiku kikimasu luisteren
kaku kakimasu schrijven

~gu wordt ~gi

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
isogu isogimasu haasten
oyogu oyogimasu zwemmen

Onregelmatige werkwoorden

Er zijn twee onregelmatige werkwoorden

Woordenboekvorm (grondvorm) ~masu-vorm betekenis
suru shimasu doen
kuru kimasu komen

De regel voor de vervoeging is dus, in kort:

Zwak: laatste ~ru wordt ~masu.

Sterk: laatste ~u wordt ~imasu.

Onregelmatig: (vanbuiten leren) kuru wordt kimasu en suru wordt shimasu.


Om te achterhalen of een werkwoord zwak, sterk of onregelmatig is, kun je als volgt te werk gaan.

werkwoordenflowchart

Oefening op de werkwoordsvervoeging van de grondvorm

Dit is een optionele oefening en zend je niet in.


Hiragana: sa, so en su.

Alternatieve manier om さ en そ te schrijven: Bij さ kun je de tweede lijn doortrekken. Bij そ kun je de bovenkant in twee aparte strepen schrijven

hiraganasa

hiraganaso