Deze les: voorwerpen willen hebben, geven en krijgen. Ook: de voorwerpen tellen.
Overzicht
Je drukt uit wat je wil hebben met: ...が ほしい です。
Dit is eigenlijk dezelfde constructie als bij すき en きらい: De ~は~が-constructie.
ほしい is een i-adjectief. Om te zeggen dat je iets niét wilt, moet je het i-adjectief in de ontkenning zetten. In les 17 zien we hoe dat moet.
De ontkenning van de ます-vorm is ~ません.
De verleden tijd is ~ました.
De ontkenning verleden tijd is ~ません でした.
De ontkenning van です is じゃないです.
De verleden tijd is でした.
De ontkenning van de verleden tijd zien we in les 17.
Bevestiging | Ontkenning | Verleden tijd, bevestiging | Verleden tijd, ontkening |
~ます。 | ~ません。 | ~ました。 | ~ません でした。 |
です。 | じゃない です。 | でした。 | (les 17) |
💬 Opdracht: Zet de werkwoorden in de juiste tijd
Een counter is een ander woord voor een teller.
De counter ~こ is om kleine en/of ronde voorwerpen te tellen. Het vraagwoord is なんこ.
いっこ | 1 |
にこ | 2 |
さんこ | 3 |
よんこ | 4 |
ごこ | 5 |
ろっこ | 6 |
ななこ | 7 |
はちこ / はっこ | 8 |
きゅうこ | 9 |
じゅっこ | 10 |
De counter ~さつ bestaat om boeken, tijdschriften ... te tellen. Het vraagwoord is なんさつ.
いっさつ | 1 |
にさつ | 2 |
さんさつ | 3 |
よんさつ | 4 |
ごさつ | 5 |
ろくさつ | 6 |
ななさつ | 7 |
はっさつ | 8 |
きゅうさつ | 9 |
じゅっさつ | 10 |
De counter ~ほん wordt gebruikt om lange, smalle voorwerpen te tellen. Het vraagwoord is なんぼん. いっぽん 1 にほん 2 さんぼん 3 よんほん 4 ごほん 5 ろっぽん 6 ななほん 7 はっぽん 8 きゅうほん 9 じゅっぽん 10
Een laatste counter is ~まい. Deze gebruiken we om platte voorwerpen te tellen. いちまい 1 にまい 2 さんまい 3 よんまい 4 ごまい 5 ろくまい 6 ななまい 7 はちまい 8 きゅうまい 9 じゅうまい 10 💡 Ben je een teller vergeten? De teller ~つ kun je voor zowat alle voorwerpen gebruiken. Geven is あげます. Ontvangen is もらいます. Geven De constructie gaat als volgt: Onderwerp is de gever は ontvanger に voorwerp を あげます。
⚠ Als je over jezelf spreekt, ben je altijd de gever. 💡 Er bestaat een ander werkwoord van geven en krijgen: くれます. Bij dit werkwoord geeft iemand anders iets aan de spreker. Krijgen De constructie gaat als volgt: Onderwerp is de ontvanger は gever に voorwerp を もらいます。 ⚠ Als je over jezelf spreekt, ben je altijd de ontvanger. De zinsdelen kunnen van plaats veranderen. 💬 Spreekopdracht Spreek Japans in groep. Geef een geschenk aan elke groepsgenoot. Noteer als volgt wat je gegeven, en gekregen, hebt: Vandaag oefenen we de katakana ラリルレロ en ワヲン. We oefenen ook de katakanatekens die vaak verward worden: シ、ソ、ツ、ノ en ン. Vaak verwarde katakanatekens: シ、ソ、ツ、ノ en ン. Extra leesoefening 📖 Volg de richting van de pijlen en lees alle tekens luidop. Als je een teken niet kunt lezen zoek je ze op en begin je terug vanaf de startpositie. Je bent klaar als je het einde hebt bereikt.
Het vraagwoord is なんまい.
Geven en krijgen
/から
Katakana: ra-, wa-reeks en vaak verwarde katakana